Vertalingen nadeel berokkenen NL>FR
nadeel berokkenen (ww.) | blesser (ww.) ; desservir (ww.) ; duper (ww.) ; endommager (ww.) ; injurier (ww.) ; meurtrir (ww.) ; nuire (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `nadeel berokkenen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: benadelen